06.04. LEERPLANDOEL(EN) OVSG LEERLOKAAL
IDW F3 nat.ver. 6 B.6 Het verschijnsel geluid onderzoeken en vaststellingen verwoorden over geluidssterkte, geluidstrillingen, klankkleur, toonhoogte.
06.04. MINIMUMDOELEN
[4] 3.5.1 De leerlingen kennen de volgende begrippen:
de geluidsbron, de luidspreker, de toonhoogte, hoog, laag, de trilling
[4] 3.5.5 De leerlingen kennen geluid:
ontstaan van geluid: trilling
toonhoogte of frequentie
geluidssterkte
[6] 3.5.5 De leerlingen kennen geluid:
toonhoogte, volume
06.04. KENNIS - WAAR GAAT HET OVER
Wat is toonhoogte?
Toonhoogte zegt hoe hoog of hoe laag een geluid klinkt.
Een hoge toon klinkt scherp of piepend (zoals een fluit of vogel).
Een lage toon klinkt zwaar of diep (zoals een drum of contrabas).
Toonhoogte heeft niets te maken met hoe luid iets klinkt.
Een toon kan stil én hoog zijn, of luid én laag.
Wat moeten we over toonhoogte weten?
Toonhoogte wordt bepaald door trillingensnelheid
Hoe sneller iets trilt, hoe hoger de toon.
Hoe langzamer iets trilt, hoe lager de toon.
Dit noemen we ook de frequentie van de trilling (aantal trillingen per seconde, gemeten in hertz – hoeft niet per se aangeleerd in lager onderwijs, maar mag benoemd worden).
Wat beïnvloedt de toonhoogte?
Bij snaarinstrumenten
Kortere snaar = hogere toon
Dunnere snaar = hogere toon
Strakker gespannen snaar = hogere toon
Bij lucht in buizen (bv. fluitjes of rietjes)
Kortere buis = hogere toon
Langere buis = lagere toon
Bij trommels
Kleiner trommelvel = hogere toon
Strakker gespannen vel = hogere toon
Toonhoogte kunnen herkennen en vergelijken
Leerlingen moeten bewust leren luisteren: is dit geluid hoger of lager dan een ander?
Ze kunnen tonen ordenen: van hoog naar laag of omgekeerd.
Ze leren verschillen benoemen tussen muziekinstrumenten of geluiden uit hun omgeving.
Toonhoogte in muziek
Muziekinstrumenten produceren verschillende toonhoogtes → melodie.
Noten op een notenbalk staan hoger of lager volgens hun toonhoogte.
Liedjes bevatten veranderingen in toonhoogte (bv. op en neer zingen).
06.04. SUGGESTIES ACTIVITEITEN
06.04.01 Rietjessax maken
Laat de leerlingen verschillende rietjes op maat knippen (bv. van 5 tot 15 cm) en op een rij kleven of vastnemen. Door op de rietjes te blazen of ermee op tafel te tikken, horen ze verschillende tonen. Ze ontdekken dat kortere rietjes hogere tonen geven en langere rietjes lagere tonen. Dit leidt tot inzicht in hoe de lengte van een luchtkolom de toonhoogte beïnvloedt.
06.04.02 Elastiek over een doos: snaarinstrumenten bouwen
Laat leerlingen verschillende elastieken over een lege doos of lade spannen. Door te plukken aan de elastieken horen ze dat dunnere of strakker gespannen elastieken een hogere toon geven dan dikke of losse. Je kunt ze ook laten experimenteren met het inkorten van de snaar (bv. door een vinger in het midden te leggen) om zo te ontdekken dat kortere snaren hogere tonen produceren.
06.04.03 Wie hoort het verschil? Hoog of laag?
Speel verschillende tonen af (via een digitaal toetsenbord, klankschalen, stemgeluiden of muziekinstrumenten) en laat leerlingen telkens aanduiden of de toon hoger of lager is dan de vorige. Je kan dit speels maken met kaartjes omhoog/omlaag, een toonladder op het bord, of een bewegingsspel (springen bij hoog, bukken bij laag). Zo trainen ze hun luistervaardigheid en auditieve discriminatie.
06.04.04 Gitaarstemmer
We gaan onderzoeken hoe je de toonhoogte van een snaar kunt veranderen. We gebruiken een echte snaar (bv. van een gitaar of een zelfgemaakt snaarinstrument) en luisteren wat er gebeurt als je ze strakker of losser maakt. Met een digitale gitaarstemmer kunnen we precies zien welke toon de snaar geeft en of deze hoger of lager wordt.
06.04.05 Waterxylophone maken
Laat leerlingen glazen of flessen met verschillende hoeveelheden water vullen. Door zachtjes met een lepel op elk glas te tikken, horen ze verschillende toonhoogtes. Ze merken dat meer water zorgt voor een lagere toon (de trilling is trager) en minder water voor een hogere toon. Zo leren ze dat de massa en het trillingsgebied invloed hebben op de toonhoogte.
06.04.06 Muziekfragment analyseren: op en neer
Speel een kort melodietje voor met duidelijke hoge en lage tonen (bv. fluit, xylofoon of kinderlied). Laat de leerlingen met hun hand in de lucht de beweging van de toonhoogte volgen (hand omhoog bij hoge toon, omlaag bij lage toon). Nadien kunnen ze zelf een eenvoudige toonladder zingen of nabootsen op een instrument. Zo leren ze toonhoogte in melodieën herkennen en volgen.
06.04. MOGELIJKE LINKEN
Digitale geletterdheid – computationeel denken
Activiteit: Gebruik een app (bijv. “Spectroid” of “Tone Generator”) om tonen van verschillende frequenties te analyseren of zelf te genereren.
Koppeling: Leerlingen ontdekken patronen tussen frequentie en toonhoogte en leren voorspellen (“Als de trilling sneller is → toon hoger”).
Uitbreiding: Maak een digitale toonladder met Scratch: kinderen programmeren blokjes die verschillende tonen laten horen.
Gezondheid – Motorische competenties
Activiteit: Bewegingsspel “hoog en laag”: kinderen bewegen met hun lichaam mee op de toonhoogte van muziek (springen bij hoge tonen, buigen bij lage).
Koppeling: Ritmisch bewegen, lichaamsbewustzijn en auditieve respons trainen.
Gezonde en veilige levensstijl
Activiteit: Bespreek het effect van langdurig luisteren naar hoge tonen of te luid geluid (bijv. oortjes, festivals).
Koppeling: Bewust omgaan met gehoor en geluidsniveaus.
Extra: Leerlingen ontwerpen een “oorknop-campagne” met tips voor veilig muziekgebruik.
Mentaal welbevinden
Activiteit: Luisteroefening: hoe voelen hoge en lage tonen aan? Maak een “toon van mijn stemming”-moment waarbij leerlingen tonen of instrumenten kiezen die hun gevoel uitdrukken.
Koppeling: Verbinding tussen emoties en geluid, zelfexpressie en empathie.
Financieel-economische competenties
Activiteit: Vergelijk prijzen en kwaliteiten van muziekinstrumenten of geluidsapparatuur.
Koppeling: Consumeren bewust maken (“Is duurder altijd beter?”).
Of: Verken beroepen waarin toonhoogte belangrijk is – muzikant, geluidstechnicus, akoestisch ingenieur, stemcoach.
Natuur
Activiteit: Onderzoek dierengeluiden: waarom zingen vogels hoger of lager?
Koppeling: Aanpassing aan omgeving en communicatie bij dieren (biotoop en gedrag).
Ruimte
Activiteit: Luister naar geluiden in verschillende omgevingen (stad, bos, open veld) en onderzoek hoe toonhoogte en echo verschillen.
Koppeling: Milieubewustzijn en inzicht in akoestiek van ruimtes.
Tijd
Activiteit: Bestudeer hoe muziekinstrumenten en toonladderstelsels doorheen de geschiedenis veranderden.
Koppeling: Culturele evolutie en historische tijd (van panfluit tot synthesizer).
Maatschappij
Activiteit: Ontdek muziek en toonhoogte in verschillende culturen (Afrikaanse drums, Chinese gongs, Indiase raga’s).
Koppeling: Diversiteit en burgerschap via geluidsculturen en wereldmuziek.
Verkeer
Activiteit: Vergelijk toonhoogte van sirenes, claxons en fietsbelletjes – waarom klinken ze zo?
Extra: Doppler-effect: een waargenomen verandering van de frequentie van geluidsgolven, doordat er een snelheidsverschil is tussen de bron van de golf en de waarnemer.
Koppeling: Veiligheid in verkeer: toonhoogte helpt bij waarschuwen en herkennen.
Frans
Activiteit: Luister en benoem geluiden of instrumenten in het Frans (le son aigu / grave, la guitare, le tambour).
Koppeling: Taalontwikkeling door auditieve herkenning en uitspraakritme.
Nederlands
Activiteit: Maak een luisterdagboek of schrijf een gedicht vol klanken (onomatopeeën).
Koppeling: Taalgevoel en beschrijving van zintuiglijke ervaringen.
Wiskunde
Activiteit: Vergelijk frequenties van tonen (Hz) en ontdek de verhoudingen binnen toonladders.
Koppeling: Meten, vergelijken en patroonherkenning – wiskundige relaties in muziek.
Kunst en cultuur – Beschouwen van kunst en cultuur
Activiteit: Luister naar muziekstukken met contrast in toonhoogte (bijv. Peter en de Wolf).
Koppeling: Kunstbeschouwing: hoe gebruiken componisten toonhoogte om emoties te wekken?
Kunst en cultuur – Onderzoeken en creëren
Activiteit: Maak zelf instrumenten van recyclemateriaal en onderzoek hoe vorm en spanning toonhoogte beïnvloeden.
Koppeling: Wetenschap en creativiteit verbinden via experimenteel muziek maken.
Kunst en cultuur – Creativiteit en verbeelding
Activiteit: Compositie-opdracht: kinderen creëren een muziekstuk waarin toonhoogte een verhaal vertelt (bijv. een raket die opstijgt = stijgende toon).
Koppeling: Verbeelding en expressie via klank.
Kunst en cultuur – Presenteren van eigen creaties
Activiteit: Organiseer een “Toonhoogteconcert” waarin leerlingen hun zelfgemaakte instrumenten of composities presenteren.
Koppeling: Zelfvertrouwen, expressie en publiek bewustzijn ontwikkelen.
06.04. STEM-UITDAGINGEN