WOORDENSCHAT
minimumdoelen: 3de kleuterklas - 4de leerjaar - 6de leerjaar
absorberen
Absorberen betekent dat een materiaal licht of warmte opneemt en niet terugkaatst. (MD 3.5.1 - 3.5.4)
Een zwart vel papier absorbeert het zonlicht en wordt warm.
atmosfeer
de laag van gassen die de aarde omringt
bacteriën
levende wezens die te klein zijn om zonder microscoop te zien
breking
de manier waarop lichtstralen van richting veranderen als ze van het ene materiaal (zoals water) naar het andere materiaal (zoals lucht) gaan
het donker
Het donker is wanneer er bijna geen licht is. (MD 3.5.1)
In het donker zie ik niet goed.
doorlaten
Doorlaten betekent dat licht door een materiaal heen kan gaan. (MD 3.5.1 - 3.5.4)
Het glas laat het zonlicht door zodat de kamer licht wordt.
doorschijnend
als een materiaal een deel van het licht doorlaat doorzichtig als een materiaal licht doorlaat, zoals helder glas
doorzichtig
waar bijna al het licht door kan elektrisch licht licht dat wordt gemaakt met energie uit elektriciteit
elektrische stroom
beweging van elektriciteit
energie
vermogen om iets te doen
energiecentrale
gebouw of plek waar elektriciteit wordt gemaakt uit een energiebron
evenwijdig
als twee dingen evenwijdig zijn dan liggen ze naast elkaar en houden ze dezelfde afstand
frequentie
aantal trillingen per seconde
golflengte
de afstand tussen twee toppen van een golf
iris
het gekleurde deel van het oog. De iris regelt hoeveel licht er door de pupil binnenkomt en op het netvlies valt.
koplampen
de felle lampen aan de voorkant van een auto, bedoeld om's nachts de weg mee te beschijnen
de lamp
Een lamp geeft licht wanneer je ze aanzet. (MD 3.5.1)
Ik doe de lamp aan en nu is het weer licht in de klas.
laser
apparaat dat een smalle, krachtige lichtbundel afgeeft. Het licht bestaat uit maar één golflengte (kleur)
het licht
Licht zorgt ervoor dat we alles kunnen zien. (MD 3.5.2 - 3.5.4)
Door het licht kan ik de kleuren van mijn tekening zien.
de lichtbron
Een lichtbron is iets dat zelf licht maakt. (MD 3.5.2)
De zaklamp is een lichtbron, want hij maakt licht.
lichtdoorlatend
iets waar een beetje licht door kan schijnen
medium
materiaal waar geluids-of lichtgolven doorheen kunnen bewegen
mineraal
stof zoals olie of metaal die in de grond zit
netvlies
laag achter in het oog die gevoelig is voor licht. Het netvlies stuurt signalen naar de hersenen over wat je ziet
ondoorzichtig
waar geen licht door kan reflecteren licht laten weerkaatsen
ooglens
het doorzichtige deel van het oog dat licht op het netvlies concentreert. Een kunstmatige lens is een doorzichtig stuk glas of kunststof dat licht van richting laat veranderen
orgaan
belangrijk lichaamsdeel zoals het hart of de lever
prisma
driehoekig stuk glas dat licht in afzonderlijke kleuren splitst
de rechtlijnige beweging
Rechtlijnige beweging is beweging in een rechte lijn, zoals lichtstralen zich bewegen. (MD 3.5.4)
Het licht van de zaklamp maakt een rechtlijnige beweging door de kamer.
reflecteren
Reflecteren betekent dat licht terugkaatst op een oppervlak. (MD 3.5.1 - 3.5.4)
Het zonlicht reflecteert op het water en maakt glinsteringen.
de reflectie
Reflectie is wanneer licht terugkaatst van iets glanzends. (MD 3.5.2)
Ik zie een glimp van licht op mijn knikker door de reflectie.
reflector
iets dat licht goed weerkaatst
de schaduw
Een schaduw is een donkere plek achter iets dat het licht tegenhoudt. (MD 3.5.1)
Mijn schaduw verschijnt op de muur als de lamp op mij schijnt.
de spiegel
Een spiegel is iets waarin je jezelf kunt zien doordat het licht terugkaatst. (MD 3.5.1)
In de spiegel zie ik mijn gezicht met een grote glimlach.
straal
rechte lijn waarlangs licht zich verplaatst van een lichtbron, bijvoorbeeld de zon, naar een voorwerp dat het licht absorbeert of weerkaatst
tumor
gezwel in het lichaam van een dier of mens
vacuüm
Ruimte die helemaal leeg is, waar zelfs geen lucht in zit verstrooien lichtgolven in verschillende richtingen weerkaatsen weerkaatsen terugkaatsen
zenuwen
lange, dunne cellen die boodschappen versturen tussen je hersenen en de rest van je lichaam, waardoor je dingen kunt zien, horen en voelen
de zon
De zon is een grote lichtbron aan de hemel die licht en warmte geeft. (MD 3.5.1)
De zon schijnt en maakt de dag helder.
zuurstof
gas in de lucht dat dieren moeten inademen om in leven te blijven